Terug naar de Pagina Historie

 

Verhalen van bewoners van het Spijkerkwartier


Deze pagina geeft een schets van het leven in de wijk door (oud) bewoners. Verhalen kunnen worden ingediend of worden afgenomen als interview door een reporter van de website. Inzenders houden er rekening mee dat er enige tijd overheen kan gaan voordat een verhaal wordt geplaatst. Aanvragen voor een interview zijn welkom bij de redactie. De redactie behoudt zich het recht voor verhalen in te korten en redactioneel te bewerken. Speciale verhalen, bijvoorbeeld over de periode van de tweede wereldoorlog in het Spijkerkwartier staan op een aparte pagina. Op de site is nog andere pagina over de tweede wereldoorlog, in de serie Twintig Straten en een Boulevard.

- Ingezonden - In Thialf was niets te koop, Frans Aleven, 2006
- Interview - 40 jaar Spijkerkwartier, mevrouw van Londen, 2007


 

^ top




In Thialf was niets te koop
"Als je een dag ging zwemmen moest je zelf brood meenemen."

 


De bewerkte foto van Frans van Aleven (nu zwart wit) geeft een doorkijkje door de tweede helft van de 1ste Spijkerdwarsstraat. Rechtsaf begint de Riethorsterstraat. Op de achtergrond in de verte, de gevel van School V aan de Spijkerstraat. De straat is, op enkele panden nabij de Spijkerstraat na, tot en met de hoek met de Riethorsterstraat gesloopt. De ruimte is herbouwd met ruimere woningen, groenvoorziening en kleine voortuinen.

 

Arnhem, juni 2006

Frans Aleven heeft als hobby het bewerken van foto's, waaronder 700 van het Gelders Archief en produceert daarmee (voor zichzelf) een heus boekwerk. Frans creëert vervreemdende effecten in de foto's en verandert de werkelijkheid naar een merkwaardige sprookjeswereld.

De fotografie is niet zomaar zijn hobby. Hij is op de 2e plaats gekomen met een wedstrijd (850 inzendingen) van de Gelderlander, als beste regio fotograaf. Hij heeft in maart een reportage gemaakt van de straten in het Spijkerkwartier. Maar met de prostitutie wil hij niets te maken hebben, dat vind hij maar een beetje eng.

In de jaren 1950 kwamen zijn ouders in Arnhem te wonen aan de Johan de Wittlaan. In die tijd hadden ze het niet zo ruim en was de koffie nog op de bon. Gelukkig waren de gezinskaarten niet zo duur bij Thialf. De prijs was ongeveer 6 gulden voor een heel gezin. Dat zwembad was echt ideaal in de zomer. Er was verder eigenlijk ook niet zo veel om mee te spelen. Het water was er wel altijd koud. De techniek om het zwemwater te verwarmen was er toen nog niet. Er hing altijd een groot bord waar de temperatuur op stond, die was bijna altijd 18 graden. De zon moest het bad verwarmen. Daar hadden ze wel een systeem voor bedacht. Aan de zijkant van het bad liet men water in een betonnen bak lopen en een poos staan om het voor te verwarmen. Dat was dan bestemd voor de zwembaden. In de betonnen bakken mocht je niet komen in verband met vervuiling. Eigenlijk waren de baden toch wel heel vuil, dat besef je nu pas als je naar Klarenbeek gaat.

De heer Aleven heeft in het zwembad Thialf zijn zwemdiploma B gehaald. En dat was gratis! Hij kwam een keer binnen om te zwemmen. Hij hoorde toen dat je gratis een B-diploma kon zwemmen. Hij had nog geen A diploma, maar schreef zich toch in voor een B diploma omdat hij goed kon zwemmen. Hij heeft het diploma gehaald en kwam daarna kletsnat thuis, omdat hij met de kleren aan moest zwemmen. Zijn moeder dacht dat hij in de sloot was gevallen.
Badhokjes waren er alleen voor volwassenen. Als kind moest je de zwembroek aantrekken in een gammele houten barak. De kleding hing dan aan een haakje.

Als je een dag ging zwemmen moest je wel zelf brood meenemen, want in Thialf was niets te koop. Later, toen men het bad wat schoner wilde hebben, werd het dragen van een badmuts verplicht gesteld. Dat waren in die tijd net ballonnen, zo dun. In de winter kon er worden geschaatst achter het zwembad, op de plek waar nu de Thorbeckeschool staat. Daar kon je ook voor een paar gulden een gezinskaart kopen. In die tijd bestond er daar nog geen prostitutie. Althans, dat was toen nog niet daar in de buurt.

(redactie EB, ingezonden stuk Frans Aleven, 2006)


 

 
 
^ top

40 jaar in het Spijkerkwartier
Een interview met mevrouw van Londen

   
  Mevrouw Van Londen, 2007 Mevrouw van Londen, Rietje voor bekenden, vertelt over haar leven en over 40 jaar wonen - per 1 juli 2007 - in het Spijkerkwartier. Een leven bepaalt door Bronckhorst, Eindhoven, een internaat, Zeist, Zwitserland, Arnhem, het witte kruis, een sigarenzaak in het Spijkerkwartier en een uiterst tragisch ongeval.

In de eerste periode in Arnhem is ze verpleegster geweest, en nog niet zo lang geleden was ze vrijwilligster in het rusthuis Vreedenhof. Verzorgen is een roeping voor mevrouw van Londen. En dat is ook niet zo vreemd als je oudste dochter bent. Maar daarbij heeft misschien ook een rol gespeelt dat haar vader een restaurant dreef "Het wapen van Bronckhorst", in Bronckhorst. Mevrouw van Londen vertelt haar verhaal.

Als het interview begint toont ze een advertentie van de sigarenzaak van haar en haar man in de Emmastraat uit 1991, maar dat verhaal komt later, eerst naar het begin. En nadat ze thee heeft ingeschonken vertelt ze, in diverse intervallen, over haar leven. Een leven tussen de werkzaamheden door in Arnhem als verpleegster.

Het Diakonessehuis
Na haar periode in Eindhoven, waar ze op een internaat een opleiding volgde als gezinsverzorgster, ging ze in haar beroep werken in Zeist. Tijdens die eerste baan leerde ze een collega kennen waarmee ze vriendschap sloot. Ze kwamen bij elkaar thuis en konden het goed met elkaar vinden. Op zekere dag had de vriendin een neef te logeren die een verloofde had in Zwitserland. Via de verloofde kwam zo een Zwitsers contact tot stand waardoor Riet als au pair een nieuwe uitdaging aanging in Genève. De baan in Nederland werd opgezegd en ze vertrok naar de bergen van Zwitserland. In een prachtige omgeving werkte ze op een mooie grote boerderij voor een groot gezin met kinderen die graag gingen wandelen. In 1956 zegde ze daar haar baan weer op, om in Arnhem als verpleegster voor het witte kruis in opleiding te gaan. Dat was in het pasgebouwde Diakonesseziekenhuis. Ze vond gemakkelijk woonruimte in het zusterhuis op de Lawick van Pabststraat en werkte in de opleiding voorspoedig. Na 3 jaar was ze gediplomeerd en ontving daarbij de wittekruismedaille en de witte knopen die ze altijd zorgvuldig heeft bewaard.

De operatiekamer
Nadat ze een periode bij de kraamafdeling had gewerkt stapte ze over naar een baan als operatiezuster. Ze verteld dat er dan soms een amputatie was, dan moest je bijvoorbeeld even met een been naar de verbrandingskamer, dat ging dan zo de oven in. Zo ging dat dan soms als je bij de OK werkte. Haar eigenschap dit werk te kunnen doen heeft veel bepaalt in haar latere leven. Ze hield van haar werk en van die periode, ze zou het zo willen overdoen. Er waren 12 OK-zusters en 3 operatiekamers. Vooral met de gynaecoloog dr. Stolk kon ze goed opschieten. Hij wilde nog wel eens op iets lekkers trakteren aan het eind van de werkzaamheden. En dan liet hij iets halen in de stad. Sausijsjes van Hagdorn waren dan wel het meest populair.

Sigaren
Als oudste dochter kocht ze voor haar vader wel eens sigaren. Op een dag toen ze weer een doosje van 5 sigaren kocht, maakte ze een praatje met de eigenaar van de zaak. Hij vertelde dat hij de zaak wel wilde overdoen aan iemand anders en hij zag misschien wel mogelijkheden in de jongedame. Maar de plannen liepen toch iets anders.

Trouwen
Haar man heeft ze in het ziekenhuis via een vriendin leren kennen. Hij werkte toen op het giro-kantoor. In 1962 trouwden ze en het jonge stel kon intrekken op de Lawick van Pabststraat 46, weer dichtbij het werk. Het was een mooie tijd, de voorspoed lachte ze toe.
Het idee een eigen zaak te drijven had het ondernemersbloed van Riet iets losgemaakt. Ze sprak erover met mensen en op goede dag vertelde een patiënt dat er een zaak vrijkwam op de Emmastraat 52. Samen met een vriend keek haar man de boeken na van de zaak en het was goed. Er werd verhuist en samen gingen ze - vanaf 1 juli 1967 - achter de zaak wonen. De sigaren werden er verkocht in kisten van 50.

Een nieuw leven
Als jonge moeder van een gezonde zoon kwam het werk in de zaak goed van pas. De verzorging voor het kind kon prima worden gecombineerd en er was hulp van Ans Janssen, een andere vriendin, die vanwege persoonlijke omstandigheden een zelfstandig inkomen nodig had. In 1970 kwam aan de andere kant van de straat op Emmastraat 35 een grotere zaak vrij. De woning erboven met 14 kamers was aantrekkelijk voor het gezin. Er werd opnieuw verhuisd en opnieuw lachte de voorspoed het gezin toe. De zaak werd "Thialf " gedoopt. Ze waren toen beide 46 en de zoon groeide op en ging naar school en zwom in het zwembad Thialf. De buurt waarin hij opgroeide heeft ook een deel van zijn leven bepaald. Om de zoon te beschermen voor minder gunstige invloeden die in de buurt in die tijd in opkomst waren gekomen, stuurden zijn ouders hem naar een goede school met interne huisvesting in een mooie groene omgeving. En hij is gelukkig ook goed terechtgekomen. De zoon is net als zijn ouders en grootouders ook ondernemer geworden. Hij drijft momenteel samen met een compagnon een florerende zadenhandel in Zevenaar.

Groei van de zaak
De sigarenzaak verkocht steeds meer verschillende dingen, niet alleen vuurwerk in december. De kinderen kwamen - nat en rillend van de kou - vanuit het zwembad bij haar om snoep te kopen. Ze herinnerd zich nog een groot feest toen haar man 25 jaar bij de giro werkte. Die had hij sneller dan anderen bijeen door gemaakte tropenjaren voor zijn eerdere werk bij de Koninklijke Marine. Ze toont foto's van een gezellige tuin vol mensen, met zelfs bezoek van de wijkagent Burghart. Tien jaar na de verhuizing was er voldoende geld om het huis en de winkel grondig op te knappen. Haar man werkte samen met een vriend aan de aanleg van centrale verwarming en er werd verbouwd en geschilderd. Dat schilderen deed haar man ook zelf.

Een uiterst tragisch ongeval
Op de maandag van 25 augustus 1980 voltrok zich een vreselijk drama. Haar man viel tijdens schilderwerkzaamheden aan een bovenraam van de ballustrade van de eerste verdieping op straat. Hij was op slag dood. De ambulance was gekomen met sirene, maar de broeders constateerden dat ze niets konden meer konden doen. De lijkwagen moest van een ander ongeval eerst uit Westervoort komen en dat duurde een half uur, terwijl haar man in een grote plas met bloed, overdekt door een laken op de stoep lag. Er lag zoveel bloed dat de gemeente twee dagen later de stoeptegels liet vervangen. Mevrouw van Londen kwam juist terug van het ophalen van een boek en werd opgevangen door een buurvrouw. Op zaterdag was de begrafenis op Moscowa. Het ongeluk werd in de kranten breed vermeld en in de wijk bleef het niet zonder gevolgen: mannen mochten niet meer voor het klussen zomaar op een ladder staan, zo werd verordonneerd. Iedereen in de buurt was erg geschrokken.

Het leven gaat door
De maandag erna stond ze alweer in de zaak, want tijd voor een rouwperiode was er niet echt en de kost moest met de inkomsten van de zaak toch wel worden verdiend. Ze kreeg veel morele steun van de klanten, de dokter en wijkagent Burghart. En ze kreeg ook hulp bij het opruimen van de verf die door de val in de kamer was geslingerd.
Het leven was op slag veranderd. Om niet alleen te hoeven zijn nam ze een hond, een labrador. Die wilde nog wel eens ontsnappen naar de school aan de Thorbeckestraat. De leerlingen gaven de hond allerlei lekkers. Maar de directeur van de school belde dan toch maar of ze de hond weer kon komen halen. Ze werkte vanaf dat moment nog tot 1991 in de zaak, niet alleen, maar samen met haar vriendin Ans. Elke woensdag ging mevrouw van Londen op bezoek op het kerkhof. Ze was van verdriet dan steeds bijna overmand en bleef nog lange tijd erg in de war. Maar de zaak ging door. Ans nam zo ongeveer alle besluiten. Ze paste op de winkel en hielp ook mee in de tuin en bij het strijken.

Verdere groei van de winkel
Voor de vraag naar allerlei artikelen van de kamerbewoners uit de omgeving werden producten toegevoegd aan het assortiment. Daarnaast werden lotto, toto, en staatsloten verkocht. Grote prijzen zijn in de winkel nooit echt gevallen, behalve één keer en wonderbaarlijk was ze daarbij haar moeder de winnaar van een groot bedrag, omdat die altijd van haar een staatslot kreeg. Het bedrag werd verdeeld over de drie kinderen. De besteding van dat bedrag liep echter minder gelukkig omdat haar nieuwe liefde, een trainer bij het poloteam van Thialf, het geld besteedde naar zijn eigen idee. Maar gelukkig kon er wel een nieuwe auto af voor de zoon. Inmiddels groeide de zaak uit van sigarenzaak tot een kleine supermarkt. De zaak verkocht dag- en weekbladen, kranten en tijdschriften van allerlei aard. Wat niet voor kinderogen geschikt was lag op de bovenste plank. De zaak had een assortiment papier en schrijfwaren en daarnaast nog koffie, thee en suiker. Ook voor tweedehands kleding en schoenen konden mensen terecht bij de zaak. Rijke mensen brachten soms zakken vol. Mevrouw van Londen belde dan naar mensen met kinderen waarvan ze wist dat die het niet breed hadden. Die waren dan altijd erg dankbaar voor de kleren en schoenen. Zo was ze een soort maatschappelijk werkster.

Het einde van de zaak
In 1991 lag mevrouw van Londen in het ziekenhuis en zag ze de voortgang van de zaak niet meer in een gezond perspectief voor een vervolg van haar werk. Ze nam toen het besluit het pand van de hand te doen. Het huis en de winkel aan de Emmastraat 35 werd gekocht door een aannemer uit Velp. De zoon heeft toen voorbeeldig geholpen met de overdracht en zorgde er keurig voor dat het gehele pand werd ontruimd. Zo kwam de sigarenzaak "Thialf" aan een einde. Nadat ze uit het ziekenhuis is ontslagen kreeg ze een woning aan de Boekhorsterstraat en een baan als vrijwilligster in het rusthuis Vreedenhof. Zo pakte ze haar roeping - te verzorgen - weer op. Dit werk heeft ze met plezier 12½ jaar gedaan. Ans woont nu op Klarendal en ze zijn nog steeds goede vrienden van elkaar.

Een nieuw begin
Pas vijf maanden geleden is ze door de huisarts vrij verklaard van de benodigde medicijnen om te kalmeren. Dat betekende in feite ook het einde van een lange rouwperiode van een dramatische gebeurtenis. Kortgeleden nog vertelde een man, tijdens een toevallige ontmoeting in de buurt, dat hij zich het ongeval precies kon herinneren. Zo leeft de herinnering voort. Mevrouw van Londen heeft het gezellig in de Boekhortserstraat, ze woont er graag en ziet veel mede- en oud bewoners. Toch gaat ze verhuizen binnenkort, naar een verzorgingshuis. Een dapper besluit van iemand die eigenlijk zelf graag wil verzorgen. Wat ze als laatste nog wil meegeven aan haar verhaal, is dat zij vertrekt op een moment dat de schande die in de buurt heeft huisgehouden in het verleden is verwerkt en het Spijkerkwartier als prachtige wijk weer schoon en trots op de kaart staat.

(redactie EB / 21 juli 2007)

   
 
^ top

 

   
   
   
 
^ top  
 

 



 

Terug naar de Pagina Historie